Wat is jouw favoriete wijn? Iedere keer wordt die vraag gesteld en nooit lukt het mij antwoord te geven.
Om meteen maar met de woorden van de invloedrijke wijncriticus Robert M. Parker te beginnen: ik ben een wijnomnivoor. Natuurlijk bestaan er alles overstijgende prachtige brouwsels en heeft de ene druif meer potentie dan de andere. En ja, veel gebottelde druiven waren waarschijnlijk beter af als vogelvoer. En toch fascineert iedere afzonderlijke fles mij evenveel. Druiven, gebieden, blends, ik wil ze leren kennen. En dat het resultaat soms om te huilen is, is hooguit een jammerlijke bijkomstigheid. Diep in mij sluimert immer het verlangen naar een nieuwe dionysische wijnervaring; verrast te worden door iets bijzonders, iets origineels, iets nieuws..
Dus als iemand mij weer eens vraagt wat mijn all time favourite is, verzand ik in breedsprakige, ontwijkende monologen over de invloed van combinaties, topografische ligging, klimaat, emotie en meer. Je vraagt toch ook niet aan een moeder van welk kind zij het meeste houdt? Kiezen zou raar zijn. Ik kan hooguit verfijnen.
Naar het schijnt test wijngoeroe Parker zijn wijnen het liefst in een hotelkamer – ver weg van de wijnboeren – om zich door niets te laten afleiden en om elke schijn van belangenverstrengeling uit de weg te gaan. Vervolgens kent hij elke wijn maximaal 100 punten toe vanuit zijn eigen TWA Rating System, beter bekend als de zogenaamde Parker Points. Zijn macht heeft ondertussen zulke bizarre vormen aangenomen dat hij wijn met die punten kan maken of breken, het alom bekende en gevreesde Parker-effect. Critici beweren dat Parker een aantoonbare voorkeur vertoont voor krachtige en geconcentreerde rode wijnen – fruitbommen uit bijvoorbeeld de Rhône en Californië – en daarom systematisch delicatere wijnen onterecht lager zou beoordelen.
Nu ben ik het niet oneens met een beoordeling van kwaliteit, maar – nog los van het feit dat de enorme diversiteit vergelijken lastig maakt – bestaat er naast kwaliteitsbeoordeling een misschien nog wel veel belangrijkere graadmeter: wijzelf. Wijn staat net zo goed voor gevoel, sfeer en compassie: je viert iets, je deelt iets, je wil iets! Zoals Churchill ooit al zei over champagne: “In victory we deserve it, in defeat we need it.” Voor hem gold dat wellicht meer als excuus voor zijn eigen verbruik, maar toch.
Dus ook emotie bepaalt de smaak. De wijn smaakt anders wanneer je zelf tussen zijn wijnstokken hebt gestaan. Iedereen kent het teleurstellende verschijnsel van wijn die thuis opeens heel anders lijkt dan op dat warme, zonnige vakantieadres. Een topwijn verandert bij elk gerecht en elk gevoel. En ook al heeft een fles ‘een uitgebalanceerde zuurgraad versus fluwelige tannines’, geschonken op een verkeerd moment zal het een eenmalige aankoop blijven en kan een veel goedkopere wijn opeens de trouvaille van het jaar zijn.
Wijn lekker vinden gaat om veel meer dan kwaliteit alleen. Persoonlijke waardering en omstandigheden zijn minstens zo belangrijk, waarmee iedere kwalitatieve beoordeling eigenlijk subjectief is geworden. En daarom ben ik nou een wijnomnivoor. Ik hoef helemaal geen wijn te kiezen, ik proef ze bij voorkeur allemaal. Die goeie ouwe Parker had hiermee wellicht meer nuancering dan ooit te pakken. En daarvoor krijgt hij van mij de volledige 100 Parker Points.